Zoeken in collecties

Uw zoekacties: zzOUD Databestand kloosters in Nederland
beacon
33  zoekresultaten
gesorteerd op:
 
 
 
 
Kloosterorganisatie
Kloosterorganisatie: Missionarissen Oblaten van de Onbevlekte Maagd Maria
Orde of congregatie:
Missionarissen Oblaten van de Onbevlekte Maagd Maria
Alternatieve namen:
Missionarissen Oblaten van de Onbevlekte Maagd Maria; Oblaten van Maria; Missionarissen van de H. Carolus Borromeus; Missionarissen de Provincie
Latijnse naam:
Congregatio Missionariorum Oblatorum Sanctissimae et Immaculatae Virginis Beatae Mariae
Afkorting:
OMI; COM
Stichter, stichteres:
Eugène de Mazenod
Stichtingsjaar:
1816
Land van oorsprong:
Frankrijk
Plaats van oorsprong:
Aix-en-Provence
Vestiging Nederland:
1880
Doelstelling:
Missiewerk; volksmissies; pastoraal werk
Geschiedenis:
Eugène de Mazenod, de stichter van de congregatie van de Missionarissen Oblaten van de Onbevlekte Maagd Maria, werd op 1 augustus 1782 in Aix-en-Provence te Frankrijk geboren. Tijdens de Franse Revolutie moesten zijn ouders, die tot de lagere adel behoorden, Frankrijk verlaten. Levend op de rand van de armoedegrens zwierven zij elf jaar lang door verschillende Italiaanse steden. In die tijd was Eugène verstoken van goed onderwijs, totdat de familie in Venetië Don Bartolo Zinelli ontmoette. Hij gaf Eugène onderricht, hetgeen hem een stevige godsdienstige basis verschafte. Besloten om priester te worden, keerde Eugène in 1802 naar Frankrijk terug, waar hij in Parijs aan het seminarie St. Sulpice zijn opleiding als priester volgde. Na in Amiens in 1811 tot priester te zijn gewijd, vestigde hij zich in zijn geboorteplaats Aix-en-Provence, van waaruit hij zich in dienst stelde van de zwakkeren in de samenleving. Een aantal gelijkgezinde priesters sloot zich bij hem aan. Ze noemden zich “de missionarissen van de Provence”. Hieruit ontstond in 1816 de congregatie van de Missionarissen Oblaten van de Onbevlekte Maagd Maria. In 1816 werd de congregatie, die zich toelegde op missies buiten Europa, op volksmissies en op begeleiding en onderwijs voor de allerarmsten, door Paus Leo XII erkend. Eugène de Mazenod, die na zijn werkzaamheden als vicaris-generaal en wijbisschop in 1832 tot bisschop van het bisdom Marseille gewijd werd, stichtte meer dan twintig parochies en leidde de congregatie, die na aanvankelijk met missioneringsarbeid in Zuid-Afrika, Ceylon (thans Sri Lanka) en Canada te zijn begonnen zich over de gehele wereld verspreidde. In 1880 vestigden de congregatie zich om politieke redenen vanuit Frankrijk en Duitsland in Nederland. Haar eerste vestiging, die de naam St. Gerlach kreeg, was in Zuid-Limburg in de villa Strabeek in Houthem. Sinds 1945 is er sprake van een Nederlandse provincie. Voor die tijd maakte Nederland deel uit van de Belgisch-Nederlandse provincie
Missielanden:
Canada (1841); Sri Lanka (Ceylon) (1848); Zuid-Afrika (1851); Lesotho (1851); Verenigde Staten; Namibië (1895); Congo (1931); Filipijnen (1939); Haïti (1943); Suriname (1949); Kameroe
Gebruikte bronnen:
J. Willemsen, “Nederlandse missionarissen en hun missiegebieden” (KDC, Nijmegen 2006), zie ook:
https://docplayer.nl/4804632-Nederlandse-missionarissen-hun-missiegebieden.html (07-01-2022); J.P.A. van Vugt: Kloosters op schrift (vijfde bewerkte uitgave, Nijmegen 2015), p. 156; A.A. van Moorsel en J.H.M. Hoen, “Pater worden? Dat kan bij ons” (Sittard 2012); J. Smits, “Vademecum van religieuzen en hun kloosters in Noord-Brabant “ (Alphen aan de Maas 2010), p. 134; R. Wols, ‘De Missionarissen Oblaten van de Onbevlekte Maagd Maria OMI’ op website Brabant Historisch Informatie Centrum (BHIC), https://www.bhic.nl/ontdekken/verhalen/de-missionarissen-oblaten-van-de-onbevlekte-maagd-maria-omi (08-01-2022)
ENK Monasticon nummer:
P030
Toon op kaart Toon op kaart
 
 
 
 
 
Kloosterorganisatie
Kloosterorganisatie: Missie- en Aanbiddingszusters van de H. Familie
Orde of congregatie:
Missie- en Aanbiddingszusters van de H. Familie
Alternatieve namen:
Missie- en Aanbiddingszusters van de H. Familie
Latijnse naam:
Missio Adoratio Sancta Familia
Afkorting:
MASF
Stichter, stichteres:
A.M. Trampe (MSF)
Stichtingsjaar:
1937
Land van oorsprong:
Nederland
Plaats van oorsprong:
Baarlo
Doelstelling:
Pastoraal werk; medische functies; sociaal werk; onderwijs
Geschiedenis:
Trampe, generaal-overste van de Missionarissen van de Heilige Familie, stichtte te Baarlo (Limburg) in 1937 een congregatie ter ondersteuning van zijn missiecongregatie. In de spiritualiteit neemt de altijddurende aanbidding van de eucharistie een grote plaats in
Missielanden:
Indonesië (1948); Madagaskar (1954); Chili (1960)
Gebruikte bronnen:
KS, 63; PA 2002, 2004; Encyclopedie van het Katholicisme II (1955) k. 882-883; NMM
ENK Monasticon nummer:
Z086
Toon op kaart Toon op kaart
 
 
 
 
 
Kloosterorganisatie
Kloosterorganisatie: Kartuizers
Orde of congregatie:
Kartuizers
Alternatieve namen:
Kartuizers; Orde der Kartuizers
Latijnse naam:
Ordo Cartusiensis
Afkorting:
OCart
Stichter, stichteres:
Bruno van Keulen
Stichtingsjaar:
1084
Land van oorsprong:
Frankrijk
Plaats van oorsprong:
Dauphiné
Vestiging Nederland:
1314
Doelstelling:
Contemplatie
Geschiedenis:
Bruno van Keulen, stichter van de kartuizerorde, was magister in de theologie in Reims. Uit onvrede met de gang van zaken binnen de katholieke kerk besloot hij het openbare kerkelijke leven de rug toe te keren om een streng ascetisch leven te gaan leiden. In 1084 stichtte hij in het onherbergzame Massif de la Chartreuse de eerste kartuis, die uit zou groeien tot La Grande Chartreuse, het moederhuis van de kartuizerorde. In 1992 stichtte hij in Calabrië in Zuidwest-Italië de tweede kartuis, waar hij in 1101 overleed. De kartuizerorde kenmerkt zich door streng ascetisme, eenzaamheid, ongestoorde contemplatie en afzondering. Daartoe leven de kartuizers ieder afzonderlijk in een kleine woning, een kluis. In de rond een complex van gezamenlijke gebouwen gegroepeerde kluizen brengen de kartuizers bijna heel hun leven in eenzaamheid door met gebed, studie en het verrichten van handarbeid. Ze komen alleen bijeen voor gebed en gezang en om gezamenlijk te eten op zon- en feestdagen. Er wordt in een kartuis vrijwel niet gesproken. De kartuizers praten alleen met elkaar tijdens feestdagen en de wekelijkse wandeling. Idealiter bestaat een kartuis uit 12 monniken en een prior, met ongeveer evenveel lekenbroeders, genoeg om te kunnen leven van de exploitatie van de grond rondom de kartuis. Bruno van Keulen liet geen geschreven regel na. Het was Guigo, de vijfde prior van La Grande Chartreuse, die het ideaal van Bruno vastlegde in de Consuetudines die de uiteindelijk leefregel van de kartuizerorde omvat. Consequent vasthoudend aan deze regel, heeft de kartuizerorde niet zoals veel andere middeleeuwse orden een observantiebeweging gekend. Nederland telde negen kartuizen. Deze werden tijdens de reformatie verwoest op de kartuis van Roermond na, die in 1783 zijn deuren moest sluiten. Een poging in de 20ste eeuw om een kartuis in Tubbergen te stichten, werd in 1971 voornamelijk door het toen vrijzinnige klimaat in de Nederlandse kerkprovincie en de ontkerkelijking definitief afgeblazen
Gebruikte bronnen:
E. Mores, Proefschrif “Fundatio Carthusiae Ultraiectinae: stichtingskroniek van het kartuizerklooster Nieuwlicht bij Utrecht” (Universiteit Utrecht 2009), p. 2-4; J. G.M. Sanders, ‘de kartuizers bij Den Bosch: historisch overzicht en vragen rond de stichting” in “Signum. Tijdschrift van de Contactgroep voor sociaal-economische en institutioneel-juridische geschiedenis van geestelijke en kerkelijke instellingen in de Nederlanden in de middeledeuwen”, 19 (2007), p. 104; Th. Bakker, ‘Sint Andries ter Zaliger Haven. De geschiedenis van het Kartuizerklooster in Amsterdam 1392-1578’ op website Theo Bakker’s Domein, https://www.theobakker.net/pdf/sintandries.pdf (09-01-2021), p. 2-3; J. Schut, ‘Het kasteel Vronestein en haar bewoners rond het jaar 1726’ in “Cronyck de Gein”, 6 (1984), nr. 1, zie ook: https://www.museumwarsenhoeck.nl/wp-content/uploads/2015/08/1984.pdf (09-01-2021), p. 3/4; L. Zuidema, ‘Weerspiegeling van twee leefwerelden. Het Delftse kartuizerklooster en het drieluik met de familie Van Beesd’ in “Madoc”, jaargang 2004, zie ook: https://www.dbnl.org/tekst/_mad001200401_01/_mad001200401_01_0036.php#316T (09-01-2021), p. 260-262; P.F.M. Coenen, ‘De Kartuizers in het land van de Dommel’ op website Heemkunde Boxtel, https://heemkundeboxtel.nl/wp-content/uploads/2017/02/kart-2004.pdf (09-01-2021); T.H.M van Schaik, “Het kroost van broeder Joost. Waarom de kartuizers niet terugkwamen naar Nederland” (Kampen 2007), p. 170; A.Hoksbergen, “De kartuize van Tubbergen” (Afstudeerscriptie Academie van Bouwkunst in Amsterdam, februari 2011), p. 10; J. Reijnders, “Een reis in stilte. Leven als kartuizers” (Kampen 2006)
Opmerkingen:
deze vestiging werd ook Constantijn
ENK Monasticon nummer:
P016
Toon op kaart Toon op kaart
 
 
 
 
 
Kloosterorganisatie
Kloosterorganisatie: Karmelieten
Orde of congregatie:
Karmelieten
Alternatieve namen:
Orde van O.L. Vrouw van de Berg Karmel; Karmelieten; Geschoeide Karmelieten; Broeders van O.L. Vrouw van de Berg Karmel
Latijnse naam:
Ordo Fratrum et Sororum Beatae Mariae Virginis de Monte Carmelo
Afkorting:
O.Carm
Stichtingsjaar:
Omstreeks 1200
Land van oorsprong:
Israël
Plaats van oorsprong:
Berg Carmel
Vestiging Nederland:
1249
Doelstelling:
Contemplatie; pastoraal werk; onderwijs; missiewerk
Geschiedenis:
De Karmelieten komen voort uit een groep van kluizenaars, die in navolging van de profeet Elia rond 1200 in het Karmelgebergte bij de havenplaats Haifa in Israël een aan God toegewijd leven leidden. Voor hen schreef Albertus van Avogrado, patriarch van Jeruzalem, een in 1226 pauselijk goedgekeurde leefregel. Omstreeks 1235 werden zij door Arabische moslims van de berg Karmel verdreven. De meesten vertrokken naar Europa. Op het concilie van Lyon in 1245 werd hun op contemplatie gerichte gemeenschap onder de bedelorden opgenomen. In de 14e eeuw, toen zij een grote groei doormaakten, wijzigde hun strikt contemplatieve kluizenaarschap in een vita mixta, waarin actief en contemplatief leven met elkaar in evenwicht dienden te zijn en de contemplatie de inspiratie diende te leveren om actief te zijn zowel op maatschappelijk als op religieus gebied. In de 16e eeuw ontstond er een hervormingsbeweging in Spanje, waar Teresa van Avila en Johannes van het Kruis communiteiten stichtten die teruggrepen op de oorspronkelijke 13e-eeuwse Karmelregel. Deze hervorming leidde tot een splitsing van de orde in een gematigde tak, de Geschoeide Karmelieten, en een strenge tak, de Ongeschoeide Karmelieten. Vanaf de 13e eeuw vestigden de karmelieten in meerdere plaatsen in Nederland kloosters, die echter ten tijde van de Reformatie weer opgeheven werden. Vanaf 1840 maakte de orde in Nederland een nieuwe start. Dit leidde in 1890 tot een Nederlandse provincie, die in de periode van 1890 tot 1960 een explosieve groei kende. Er werden nieuwe kloosters gebouwd en scholen gesticht en in veel parochies en instellingen waren de karmelieten actief. Na deze periode moesten de karmelieten als gevolg van de door ontzuiling en secularisatie stokkende aanwas, zich noodgedwongen op de werkvelden, waarop ze tot dan toe actief waren, terugtrekken. Vanaf dan werd er steeds meer ingezet op bezinning en het uitdragen van de karmelitaanse mystiek en spiritualiteit. Contemplatie is toen weer zwaarder gaan wegen
Rechtspersonen:
Rechtspersoon: Karmelstichting (bron 1959)
Missielanden:
Brazilië (1903); Indonesië (1923); Filipijnen (1957); Zimbabwe (1980)
Gebruikte bronnen:
J. Willemsen, “Nederlandse missionarissen en hun missiegebieden” (KDC, Nijmegen 2006), zie ook: https://docplayer.nl/4804632-Nederlandse-missionarissen-hun-missiegebieden.html (27-07-2020), p. 18/19; J.P.A. van Vugt: Kloosters op schrift (tweede bewerkte uitgave, Nijmegen 2003), zie ook: https://repository.ubn.ru.nl/bitstream/handle/2066/134988/134988.pdf?sequence=1 (27-7-2020), p. 140; W. Nolet: Katholiek Nederland, Deel I ('s-Gravenhage 1930), p. 106-108/110/111/114-116; M. van der Plas en R. Lutz, “Abdijen in de Lage Landen en de mensen die er wonen” (Tielt, Baarn 1989), p. 131; A. Jacobs, “Kroniek van de Karmel in Nederland, 1840-1970” (Hilversum 2017), p. 13-15; R. Wols, ‘De Karmelieten OCARM’ op website Brabants Historisch Informatie Centrum (BHIC), https://wierookwijwaterenworstenbrood.nl/ontdekken/verhalen/de-karmelieten-ocarm (20-11-2020)
ENK Monasticon nummer:
P014
Gevestigd in:
Toon op kaart Toon op kaart