Zoeken in collecties

Uw zoekacties: zzOUD Databestand kloosters in Nederland
beacon
26  zoekresultaten
gesorteerd op:
 
 
 
 
Kloosterorganisatie
Kloosterorganisatie: Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Steyl)
Orde of congregatie:
Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Steyl)
Alternatieve namen:
Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Tegelen) (voorheen: Steyl, 1876-1965; Venlo, 1965-1989; vanaf 1989 Tegelen); Congregatie van de Zusters van de Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid; Zusters van Steyl
Latijnse naam:
Divina Providencia
Stichter, stichteres:
Eduard Michelis
Stichtingsjaar:
1842
Land van oorsprong:
Duitsland
Plaats van oorsprong:
Münster
Vestiging Nederland:
1876
Patroonheiligen:
Drievuldigheid/Drieëenheid; Vincentius; H. Jozef; Maria; H. Hart
Doelstelling:
Vanuit het geloof antwoord geven op de concrete nood van de tijd
Geschiedenis:
De vervulling van de doelstelling van de congregatie is begonnen met een armenweeshuis voor meisjes in St. Mauritz, Münster. Door de Kulturkampf kwamen Duitse zusters naar Nederland. Daar werden ze al snel door pastoors in dorpen gevraagd. Omdat de Nederlandse taal een beperking vormde begonnen de zusters met bewaarscholen, naailessen en hygiëne voor vrouwen en meisjes, wijkverpleging en de opvang van wezen, armen en later pensiongasten. Enkele jaren daarna werd een meisjesschool gestart en vanuit de naailessen groeide eenvoudig huishoudonderwijs. Nadat de zusters de Nederlandse taal beheersten, diploma's hadden gehaald en het bijzonder onderwijs gelijk was gesteld aan het staatsonderwijs, groeiden de activiteiten van de congregatie. In Nederland groeide het werkterrein van de congregatie uit tot onderwijs (kleuterschool; l.o.; mulo; kweekschool; huishoudschool; internaten voor wezen, schipperskinderen, blo-kinderen en huishoudleerlingen), gezondheidszorg (ziekenhuis, geestelijke en lichamelijke gehandicapten, huizen voor pensiongasten, bejaardenzorg, woonwagenwerk, wijkverpleging), huishouding in seminaries en pastorieën, missiewerk en pastoraal en sociaal werk. De wijkverpleging in de dorpen hield voor de meeste van de zusters op toen er gediplomeerde wijkzusters kwamen. Vanaf 1971 kwamen nieuwe leefgroepen tot stand. De zusters kozen zelf hun woonplek met medezusters. Meestal gingen de normale werkzaamheden die de zusters voorheen uitoefenden door. De groepen hebben zich geleidelijk aan opgeheven wegens leeftijd. De groepen die na 1980 gevormd zijn, zijn ontstaan door opheffing van grote huizen. De congregatie heeft nooit de eigen zusters verpleegd. Na 1975, bij de verbouwing in Steyl, en in 1994, toen het kloosterbejaardenoord van de congregatie is verkocht, gingen de zusters die verzorging nodig hadden naar de bejaardenhuize Huize Vroenhof in Houthem en Huize St. Anna in Boxmeer. Of naar de verzorgingshuizen te Schijndel, Heerlen, Tegelen, Venray en Venlo
Juridische structuur:
Van pauselijk recht
Rechtspersonen:
Rechtspersoon: Nederlandse Provincie van de Congregatie der Zuster van de Goddelijke Voorzienigheid te Venlo
Missielanden:
Indonesië, Java (1934); Nederlandse Antillen, Aruba (1955); Afrika, Malawi (1960). Vanuit Duitsland: Brazilië (1896)
Gebruikte bronnen:
KS, 85; PA 1970, 2004; NMM; Kloosterarchivaris juli 2008; http://www.zusters-goddelijke-voorzienigheid.nl/2008/waar-zijn-wij-nederland.php
Opmerkingen:
Een adreslijst met informatie over leefgroepen en alleenwonenden van de congregatie is aanwezig in het Erfgoedcentrum. Afbeeldingen van de huizen zijn ook te vinden in het boek: L. Asselberg, "Uit het leven van de zusters van de Goddelijke Voorzienigheid in Nederland", Venlo [1976]
ENK Monasticon nummer:
Z140
Gevestigd in:
Toon op kaart Toon op kaart
 
 
 
 
 
Kloosterorganisatie
Kloosterorganisatie: Zusters van O.L. Vrouw (Tegelen)
Orde of congregatie:
Zusters van O.L. Vrouw (Tegelen)
Alternatieve namen:
Zusters van O.L. Vrouw (Tegelen)
Latijnse naam:
Sorores Nostrae Dominae
Afkorting:
SND
Stichtingsjaar:
1885
Land van oorsprong:
Duitsland
Plaats van oorsprong:
Coesfeld
Vestiging Nederland:
1877
Doelstelling:
Onderwijs; gezondheidszorg; bejaardenzorg; sociaal werk, pastoraal werk; missiewerk
Geschiedenis:
De congregatie is ontstaan toen de sticting van de Zuster van O.L. Vrouw Amersfoort in Coesfeld een zelfstandige congregatie werd
Missielanden:
Indonesië (1934); Papua Nieuw-Guinea; India
Gebruikte bronnen:
KS, 98; PA 2004; NMM
ENK Monasticon nummer:
Z162
Toon op kaart Toon op kaart
 
 
 
 
 
Kloosterorganisatie
Kloosterorganisatie: Zusters van Liefde van Jezus en Maria
Orde of congregatie:
Zusters van Liefde van Jezus en Maria
Alternatieve namen:
Zusters van Liefde van Jezus en Maria; Zusters van Liefde J.M.
Latijnse naam:
Sorores Charitatis Jesu et Mariae
Afkorting:
scjm (zjlm)
Stichter, stichteres:
Petrus Josef Triest
Stichtingsjaar:
1803
Land van oorsprong:
België
Plaats van oorsprong:
Lovendegem
Vestiging Nederland:
1908
Patroonheiligen:
Bernardus; Vincentius
Doelstelling:
Combineren van een beschouwend leven met een actief leven in de ziekenzorg en het onderwijs
Geschiedenis:
De Congregatie van de Zusters van Liefde van Jezus en Maria was één van de congregaties die werden opgericht na het concordaat tussen paus Pius VII en Napoleon dat de godsdienstvrede herstelde. De in 1803 tot pastoor van Lovendegem benoemde Petrus Jozef Triest richtte de congregatie op 4 november 1803 op. Met behulp van dit geestelijke genootschap, bestaande uit enkele alleenstaande vrouwen, wilde hij in Lovendegem de armoede en het gebrek aan onderwijs en zorg tegengaan. De eerste overste was Maria Theresia van der Gauwen, moeder Placida. In 1805 vertrokken Triest en zes zusters voor de zorg van ongeneeslijk zieke mensen naar Gent op verzoek van de stad zelf. In 1816 werd de door Triest opgestelde regel voor de snel groeiende congregatie goedgekeurd door de paus, waardoor het mogelijk werd de congregatie buiten de Belgische grenzen uit te breiden. Pas in 1888 werd van deze mogelijkheid gebruik gemaakt met de oprichting van een school voor arme katholieke kinderen in Noord-Engeland. In 1891 vertrokken tien zusters naar Kongo om onderwijs en zorg voor de lokale bewonders te verzorgen. Ook in Galle te Ceylon (tegenwoordig Sri Lanka) werd door de zusters in 1896 een weeshuis en school opgericht. In Lahore (tegenwoordig Pakistan) begonnen de zusters in 1897, ten tijde van de grote hongersnood in Centraal-Indië (1897-1899), een weeshuis. Onder het bestuur van de in 1903 benoemde overste, Eugeen van Rechem, werden er vijftig nieuwe bijhuizen begonnen. Ondanks het grote aantal zusters, moest er meer en meer een beroep op leken worden gedaan in de zorg en het onderwijs dat de zusters verzorgden. Ondanks deze ontwikkeling reageerde Van Rechem in 1906 positief op de roep vanuit Nederland om Zusters van Liefde van Jezus en Maria voor de verzorging van psychiatrische patiënten. De zusters vestigden zich te Venray waar ze de St. Anna inrichting oprichtten. In 1968 werd Nederland een zelfstandige provincie en vond een decentralisatie plaats, in 1990 werd er weer gecentraliseerd.
Juridische structuur:
Van pauselijk recht
Rechtspersonen:
Psychiatrie Vereeniging der Zusters van Liefde te Venray (1908); De Vereeniging (1928); Nederlandse Provincie (1968); Stichting St. Annaklooster (1976)
Missielanden:
India; Pakistan; Sri Lanka; R.D. Congo; Mali; Israël; Papua New-Guinea
Gebruikte bronnen:
KS; Kloosterarchivaris juli 2008
ENK Monasticon nummer:
Z151
Toon op kaart Toon op kaart
 
 
 
 
 
Kloosterorganisatie
Kloosterorganisatie: Zusters van Liefde (Tilburg)
Orde of congregatie:
Zusters van Liefde (Tilburg)
Alternatieve namen:
Zusters van Liefde van O.L. Vrouw, Moeder van Barmhartigheid; Zusters van Liefde (Tilburg); Zusters van Tilburg
Latijnse naam:
Sorores Charitatis Matris Misericordiae
Afkorting:
SCMM
Stichter, stichteres:
Joannes Zwijsen
Stichtingsjaar:
1832
Land van oorsprong:
Nederland
Plaats van oorsprong:
Tilburg
Patroonheiligen:
Maria; Vincentius a Paulo
Doelstelling:
Onderwijs; gezondheidszorg; bejaardenzorg; maatschappelijk werk; missiewerk; weeshuizen; gevangeniswerk
Geschiedenis:
Op 23 november 1832 werd de congregatie door pastoor Zwijsen begonnen met drie zusters in een woning in Tilburg: zuster Maria Michaël Leysen, zuster Maria Catharina Janssen en zuster Maria Theresia Smits. In 1834 legden de zusters hun kloostergeloften af. Een eerste succursaalhuis volgde in Delft, waarna een reeks van nieuwe kloosters volgden. Met de uitbreiding van het aantal kloosters, breidde ook het aantal liefdewerken uit van onderwijs naar zieken- en bejaardenzorg en andere vormen van hulpverlening
Juridische structuur:
Van pauselijk recht
Missielanden:
België (1840); Engeland en Wales (1861); Amerika (1874); Indonesië (1885); Suriname (1894); Zimbabwe (1957); West-Duitsland (1961); Brazilië (1962); Italië (1963); Ierland (1976); Philippijnen (1966-1970, 1995-)
Gebruikte bronnen:
KS, 91; PA 2004; NMM; Kloosterarchivaris juli 2008
Opmerkingen:
Een lijst met huizen in de missielanden van de congregatie is ter inzage aanwezig in het Erfgoedcentrum
ENK Monasticon nummer:
Z153
Gevestigd in:
meer
Toon op kaart Toon op kaart