Zoeken in collecties

De band werd aangeduid met 'bandeau' en om het voorhoofd gedragen bij het habijt van de Benedictinessen van het H. Sacrament. Bij de vernieuwing van de kleding rond 1965 werden bandeau en collaar afgeschaft. Habijt, scapulier en sluier bleven ongewijzigd.

Binnenin een afbeelding in kleur van Mechtildis van het H. Sacrament (Catherine de Bar, 1614-1698), stichteres van de Benedictinessen van het H. Sacrament. Daarnaast staan het monogram JHS in een rondje met daaromheen stralen, refererend aan een hostie in een stralenmonstrans. Daaronder de woorden 'adorare' en 'aderire', te vertalen met 'aanbidden' en 'toegedaan zijn'. Voorop het tweeluik staat een brandmerkstempel met centraal de tekst: "Pax catania" en langs de rand de tekst: "Benedettine dell'ador. perp.". Aan de achterzijde zijn de jaartallen 1698 en 1998 ingebrand. Catherine de Bar bezigde de termen 'adorare' en 'aderire', waarmee ze wilde zeggen: "aanbidden is zich aan God houden, aan zijn plannen met de mens, aan zijn wil. Op het moment dat we niet langer trouw zijn aan wat God van ons verlangt door middel van realiteit en omstandigheden, houden we op te aanbidden. Bij elke activiteit moeten we de geest van aanbidding meenemen". Vervaardigd ter gelegenheid van de 300ste sterfdag van de stichteres.

Inktstempel (1) met de tekst "Sigillum Foederationis Neerlandicae O.S.B. ad. perp. Ss. Sacr.". Inktstempel (2) met de tekst "Sig. Foeder. Batavo Belg. O.S.B. ad. perp. Ss. Sacr.".

De eerste en oudste stamboom omvat de periode van 1653 tot 1953, de tweede stamboom is een aanvulling tot april 1998. Deze laatste stamboom is gemaakt toen de Nederlandse priorinnen in 1998 naar Parijs gingen voor de bijzondere vergadering van de confederatie ter gelegenheid van de 300e sterfdag van de stichteres, mère Mechtildis de Bar (1614-1698).

Hangers en spelden in de vorm van een stralenmonstrans in verschillende uitvoeringen. De stralenmonstrans is het embleem van de Benedictinessen van het H. Sacrament en werd zichtbaar op de borst gedragen. Het wapen is er in vier verschillende formaten. Voor de nacht hadden de zusters de kleinste uitvoering. Overdag een iets groter formaat. De twee grootste formaten werden in Nederland niet gedragen, enkel in Frankrijk en Italië. Op de achterzijden staat in het Frans, Latijn of Duits geschreven: "Het Allerheiligst Sacrament zij geprezen tot in eeuwigheid". Aan alle achterzijden is een oogje bevestigd.

Bij de vernieuwing van de kleding in ca. 1965 werd de voorhoofdband (bandeau) afgeschaft en de collaar vervangen door een kraag. Habijt, scapulier en sluier bleven ongewijzigd.

Bij de vernieuwing van de kleding in ca. 1965 werd de voorhoofdband (bandeau) afgeschaft en de collaar vervangen door een kraag. Habijt, scapulier en sluier bleven ongewijzigd.

De grote rozenkrans werd tot ca. 1950 gedragen aan de gordel. Deze gewoonte werd afgeschaft vanwege het gerinkel en de versobering van uiterlijke religieuze kenmerken. Eén exemplaar met devotiemedaille van het H. Hart van Jezus en devotiemedaille van O.L.V. van de Altijddurende Bijstand. Het andere exemplaar met devotiemedaille van O.L.V. van Vinnenberg (D.).

Applicaties met voorstellingen van bloemen en christelijke motieven. Twee tekeningen met ontwerpen van Maria, voor de versiering van liturgische kleding.

De sluier werd over het nachtmutsje gedragen. De novicen hadden een witte nachtsluier. De afschaffing van dit gebruik varieert per priorij.

Een guldenstuk in een tasje met daarbij twee briefjes. Op de briefjes roepen de zusters Sint Jozef aan om de gulden (florijn) te vermenigvuldigen tot 300.000 gulden.

Caterina Lavizzari (1867-1931) trad in 1889 toe tot de Benedictinessen van het H. Sacrament in het klooster van Seregno (Italië). Van 1900 tot 1931 was ze priorin van de communiteit van dit klooster, dat in 1906 naar Ronco Ghiffa (Italië) verhuisde. Ze overleed in dat klooster in 1931. In 2007 is moeder Catharina eerbiedwaardig verklaard. Goudkleurige medaille op een magneet (1) met daarop de afbeelding van Caterina Lavizzari. Rondom de afbeelding de tekst: "Madre Caterina di Gesu' bambino Ronco Ghiffa" (Moeder Catharina van het kind Jezus, Ronco Ghiffa). Zwart-wit foto (2) van Caterina Lavizarri in een goudkleurig lijstje.

Het bestek bestaat uit twee sets, een groot formaat (warme maaltijd) en een kleiner formaat.

Tweezitsbankje met drie armleuningen. Het bankje zou oorspronkelijk afkomstig zijn uit Rouen.

De poppen dragen de kleding van een postulante (zwarte jurk), van een novice (habijt en witte sluier) en van een geprofeste zuster (habijt en zwarte sluier).

Bij de vernieuwing van de kleding in ca. 1965 werd de voorhoofdband (bandeau) afgeschaft en de collaar vervangen door een kraag. Habijt, scapulier en sluier bleven ongewijzigd.

De stoffen gordel werd op den duur vervangen door een leren riem, omdat de stoffen gordel snel kapot ging. De zusters van priorij Fons Vitae hebben altijd een leren riem gedragen.

Aan de achterzijde is een papiertje bevestigd met de tekst: "Ter herinnering aan het eerste lustrum dat bijna geheel werd doorgebracht in oorlogstijd. Van de eerste overste, Zr. M. Catharina".

Zuster Agnes was de eerste priorin van de het klooster Fons Vitae in Oss (1955-1968).

Volgens een onderschrift dient de foto ter herinnering aan de priorinnenvergadering te Rome (29 maart - 4 april 1954). Op de foto staan onder andere mère Rumbeke (2e rij van onder links), mère Benedicta (2e rij van boven), moeder Maria van het H. Hart (2e rij van onder) en moeder Theresina (2e rij van onder, rechts).

Door het inschuiven van naamplaatjes kon worden aangegeven welke zuster welke diensten moest verzorgen. Aan de onderkant van het bord bevindt zich een open bak om de naamplaatjes in te bewaren. De lijst van het bord is bewerkt met christelijke motieven en siermotieven.