Zoeken in collecties

Uw zoekacties: zzOUD Databestand kloosters in Nederland
beacon
14  zoekresultaten
gesorteerd op:
 
 
 
 
Kloosterorganisatie
Kloosterorganisatie: Broeders van het Gemene Leven
Orde of congregatie:
Broeders van het Gemene Leven
Alternatieve namen:
Broeders van het Gemene Leven
Stichter, stichteres:
Florens Radewijns
Stichtingsjaar:
1380 - ca. 1800
Land van oorsprong:
Nederland
Plaats van oorsprong:
Deventer
Doelstelling:
Contemplatie; onderwijs; exploitatie convicten; boekproductie
Geschiedenis:
De geschiedenis van de broeders van het gemene leven maakt deel uit van de geschiedenis van de Moderne Devotie, waarvan Geert Grote als geestelijke vader wordt beschouwd en die ontstond als geestelijk réveil tegen de verloedering van het leven van de clerus en de verruwing van de volkse zeden. Zonder formele kloostergeloften af te leggen, gingen de broeders van het gemene leven de verplichting aan tot een gemeenschappelijk leven overeenkomstig de door de Moderne Devotie voorgestane idealen van de vroege christelijke kerk. Hun goederen schonken ze aan elkaar. Op de aldus ingebrachte goederen konden zij zelf, maar ook hun erfgenamen geen recht meer doen gelden. Rond 1380 werd in Deventer door Florens Radewijns, een vroege medestander van Geert Grote, de eerste gemeenschap van broeders van het gemene leven, het Heer Florenshuis, opgericht. Van kerkelijke zijde werd de druk steeds groter om deze, op alleen wettelijk recht gestoelde samenlevingsvorm, hoewel goedgekeurd door zowel de bisschop van Utrecht als het concilie van Konstanz, in te voegen in een kerkrechtelijk goedgekeurde vorm van gemeenschappelijk leven. Veel gemeenschappen van broeders van het gemene leven namen toen óf de regel van Augustinus óf de derde regel van Franciscus aan. Aldus ontstonden er binnen de Moderne Devotie drie takken: broeders van het gemene leven die geen geloften aflegden, tertianen die de derde regel van Franciscus volgden en verenigd waren in het Kapittel van Utrecht en regulieren die volgens de regel van Augustinus leefden en in het Kapittel van Windesheim georganiseerd waren. Door een in 1568 door paus Pius V uitgevaardigde bul werden gemeenschappen, waarvan de leden geen kloostergeloften hadden afgelegd, verplicht een kloosterregel aan te nemen. Werd daaraan geen gevolg gegeven dan werd de gemeenschap ontbonden. In Nederland viel de werking van deze bul grotendeels samen met de invloed van de hervorming, waardoor aan de meeste huizen van broeders van het gemene leven een einde kwam
Gebruikte bronnen:
Aanvankelijk tekst in DOC-MON Kloosters in Nederland moderne periode, gebaseerd op de volgende bronnen: A.G. Weiler (ed.), "Volgens de norm van de vroege Kerk. De geschiedenis van de huizen van de broeders van het Gemene leven in Nederland" (Nijmegen 1997); J. Kuys, "Kerkelijke organisatie in het middeleeuwse bisdom Utrecht" (Nijmegen 2004) 270-271 (lit.): bul PA V 1568; A.G. Weiler, “Volgens de norm van de vroege kerk: De geschiedenis van de huizen van de broeders van het Gemene Leven in Nederland” (Nijmegen 1997), p. XIV/XVI/XVIII/XIX/XX/XXI/XXii; J. van Eijnatten en F.A. van Lieburg, “Nederlandse religiegeschiedenis” (Hilversum 2006), p. 121-124; A. Dlabacová, K. Goudriaan en R. Hofman, ‘Wat is de Moderne Devotie?, in “De Moderne Devotie. Spiritualiteit en cultuur vanaf de late Middeleeuwen” (WBOOKS Zwolle, 2018), p. 12
ENK Monasticon nummer:
P004
Toon op kaart Toon op kaart
 
 
 
 
 
Kloosterorganisatie
Kloosterorganisatie: Augustijnen
Orde of congregatie:
Augustijnen
Alternatieve namen:
Augustijnen; Augustijnen Eremieten
Latijnse naam:
Ordo Sancti Augustini; Ordo Eremitarum Sancti Augustini
Afkorting:
OSA; OESA
Stichtingsjaar:
1256
Land van oorsprong:
Italië
Plaats van oorsprong:
Midden- en Noord-Italië
Vestiging Nederland:
Middeleeuwen
Patroonheiligen:
H. Augustinus
Doelstelling:
Studie; pastoraat; onderwijs; missie
Geschiedenis:
In 1244 voegde paus Innocentius IV verschillende groepen Toscaanse eremieten samen tot één orde onder de regel van Augustinus. In 1256 werd deze orde op initiatief van paus Alexander IV verenigd met nog vier andere ordes. Ten tijde van deze magna unio (grote unie), die geldt als het ontstaansmoment van de augustijner orde, sloot het toenmalig huis van eremieten in Maastricht zich als enig huis op huidig Nederlands grondgebied bij de nieuwe orde aan. Na de unie werden er evenwel ook nieuwe kloosters van augustijner eremieten in de Noordelijke Nederlanden gesticht en wel in Dordrecht, Middelburg, Appingedam, Haarlem en Enkhuizen. Deze kloosters hadden bijvestigingen in andere steden, de zogeheten termijnhuizen, waar medebroeders verbleven als ze in de omgeving op bedeltocht gingen. In de 15e eeuw kwam een observantenbeweging op gang. Menig convent van augustijnen in de Nederlanden ging toen over naar de Saksische congregatie en vonden de ideeën van Luther, die ook tot deze congregatie behoorde, bij hen een brede weerklank. Tegen de jaren tachtig van de 16e eeuw werden in de Noordelijke Nederlanden alle huizen van de augustijner orde gesupprimeerd. De wereldwijde start, die de orde in de jaren tachtig van de 19e eeuw maakte, leidde in Nederland tot het stichten van kloosters en studiehuizen in onder meer Utrecht,Eindhoven en Witmarsum. Een belangrijk werkterrein van de Nederlandse augustijnen, die in 1895 een zelfstandige provincie werden, was het parochiepastoraat. Daarnaast hebben zij zich tevens verdienstelijk gemaakt op het gebied van vooral middelbaar onderwijs. Voorts riepen zij vormingcentra in het leven, begaven zij zich op het terrein van categoriaal pastoraat en maatschappelijk werk en verrichtten missiewerk in Bolivia, Chili en Indonesië. Ook richtten zij, met als doelstelling bekendheid te geven aan de werken en spiritualiteit van St. Augustinus, het Augustijns Instituut op en stonden zij aan de wieg van de lekengemeenschap Familia Augustiniana Nederland
Juridische structuur:
Van pauselijk recht
Rechtspersonen:
Burgerlijke rechtspersoon (PA 1959): Sint Augustinusstichting te Utrecht
Missielanden:
Bolivia (1930); Chili; Indonesië (1952); Frankrijk (1950); Papua Nieuw-Guinea (1954)
Gebruikte bronnen:
J. Willemsen, “Nederlandse missionarissen en hun missiegebieden” (KDC, Nijmegen 2006), Zie ook: https://docplayer.nl/4804632-Nederlandse-missionarissen-hun-missiegebieden.html (30-09-2019);J.P.A. van Vugt: Kloosters op schrift (tweede bewerkte uitgave, Nijmegen 2003), Zie ook: https://repository.ubn.ru.nl/bitstream/handle/2066/134988/134988.pdf?sequence=1 (02-10-2019), p. 127; M. van der Plas en R. Lutz, “Abdijen in de Lage Landen en de mensen die er wonen” (Tielt, Baarn 1989), p. 115/118; B. Heffernan, ‘Geschiedenis van de Orde der Augustijnen’ op Website Nederlandse Augustijnen, https://www.augustijnen.nl/C 95-Nederlandse-augustijnen.html (02-10-2019); B. Heffernan, ‘Augustijnen in Nederland’ op Website Nederlandse Augustijnen, https://www.augustijnen.nl/C 95-Nederlandse-augustijnen.html (02-10-2019); R.Wols, ‘ De Augustijnen (OSA)’ op Website Brabant Historisch Informatie Centrum (BHIC), https://www.bhic.nl/ontdekken/verhalen/de-augustijnen-osa (02-10-2019); Artikel ‘Augustijnen’ op Website kro-ncrv, https://www.kro-ncrv.nl/katholiek/encyclopedie/a/augustijnen (02-10-2019)
ENK Monasticon nummer:
P002
Gevestigd in:
Toon op kaart Toon op kaart