Zoeken in collecties

Uw zoekacties: Kloosterorganisatie: Zusters van Liefde van Jezus en Maria

zzOUD Databestand kloosters in Nederland

beacon
 
 
Kloosterorganisatie
Kloosterorganisatie: Zusters van Liefde van Jezus en Maria
Orde of congregatie:
Zusters van Liefde van Jezus en Maria
Alternatieve namen:
Zusters van Liefde van Jezus en Maria; Zusters van Liefde J.M.
Latijnse naam:
Sorores Charitatis Jesu et Mariae
Afkorting:
scjm (zjlm)
Stichter, stichteres:
Petrus Josef Triest
Stichtingsjaar:
1803
Land van oorsprong:
België
Plaats van oorsprong:
Lovendegem
Vestiging Nederland:
1908
Patroonheiligen:
Bernardus; Vincentius
Doelstelling:
Combineren van een beschouwend leven met een actief leven in de ziekenzorg en het onderwijs
Geschiedenis:
De Congregatie van de Zusters van Liefde van Jezus en Maria was één van de congregaties die werden opgericht na het concordaat tussen paus Pius VII en Napoleon dat de godsdienstvrede herstelde. De in 1803 tot pastoor van Lovendegem benoemde Petrus Jozef Triest richtte de congregatie op 4 november 1803 op. Met behulp van dit geestelijke genootschap, bestaande uit enkele alleenstaande vrouwen, wilde hij in Lovendegem de armoede en het gebrek aan onderwijs en zorg tegengaan. De eerste overste was Maria Theresia van der Gauwen, moeder Placida. In 1805 vertrokken Triest en zes zusters voor de zorg van ongeneeslijk zieke mensen naar Gent op verzoek van de stad zelf. In 1816 werd de door Triest opgestelde regel voor de snel groeiende congregatie goedgekeurd door de paus, waardoor het mogelijk werd de congregatie buiten de Belgische grenzen uit te breiden. Pas in 1888 werd van deze mogelijkheid gebruik gemaakt met de oprichting van een school voor arme katholieke kinderen in Noord-Engeland. In 1891 vertrokken tien zusters naar Kongo om onderwijs en zorg voor de lokale bewonders te verzorgen. Ook in Galle te Ceylon (tegenwoordig Sri Lanka) werd door de zusters in 1896 een weeshuis en school opgericht. In Lahore (tegenwoordig Pakistan) begonnen de zusters in 1897, ten tijde van de grote hongersnood in Centraal-Indië (1897-1899), een weeshuis. Onder het bestuur van de in 1903 benoemde overste, Eugeen van Rechem, werden er vijftig nieuwe bijhuizen begonnen. Ondanks het grote aantal zusters, moest er meer en meer een beroep op leken worden gedaan in de zorg en het onderwijs dat de zusters verzorgden. Ondanks deze ontwikkeling reageerde Van Rechem in 1906 positief op de roep vanuit Nederland om Zusters van Liefde van Jezus en Maria voor de verzorging van psychiatrische patiënten. De zusters vestigden zich te Venray waar ze de St. Anna inrichting oprichtten. In 1968 werd Nederland een zelfstandige provincie en vond een decentralisatie plaats, in 1990 werd er weer gecentraliseerd.
Juridische structuur:
Van pauselijk recht
Rechtspersonen:
Psychiatrie Vereeniging der Zusters van Liefde te Venray (1908); De Vereeniging (1928); Nederlandse Provincie (1968); Stichting St. Annaklooster (1976)
Missielanden:
India; Pakistan; Sri Lanka; R.D. Congo; Mali; Israël; Papua New-Guinea
Gebruikte bronnen:
KS; Kloosterarchivaris juli 2008
ENK Monasticon nummer:
Z151