Zoeken in collecties

Toen de augustijnen in 1974 onder druk van onder meer de sterk teruglopende aanwas van eigen leden hun klooster te Witmarsum sloten, gingen van daaruit augustijnen op de pastorie van de parochie van Assen wonen om op verzoek van de bisschop van Groningen de zielzorg in deze parochie op zich te nemen. De augustijnen verzorgden ook het pastoraat in de parochies Roden en Zuidlaren alsmede het justitie-pastoraat ten behoeve van de penitentiaire inrichting Veenhuizen. Mede voor hen fungeerde de Assense augustijnengemeenschap als regionaal convent. De augustijnen ontfermden zich ook over het door het bisdom Groningen in het leven geroepen vormingscentrum Klein Vredeveld, waarbij ze overigens al vanaf 1965 vanuit het klooster in Witmarsum betrokken raakten toen het noviciaat daar in dat jaar opgeheven werd. Dit vormingscentrum, dat een grote toeloop kende, verzorgden cursussen die ingingen in op de eigen vragen en leefsituatie van de cursisten en wilden vooral informatie verschaffen en sociale vaardigheden en uitdrukkingsmogelijkheden oefenen. Klein Vredeveld, waaraan de Nederlandse Augustijnenprovincie haar betrokkenheid in 1972 beëindigde, kreeg in 1973 in Zeegse een nieuw onderkomen. Het Assense convent werd in 1973 opgeheven. Wel werden vanaf toen de parochies Roden en Zuidlaren en de penitentiaire inrichting Veenhuizen nog gedurende enige tijd door de augustijnen bediend