Zoeken in collecties

Uw zoekacties: zzOUD Databestand kloosters in Nederland
beacon
19  zoekresultaten
gesorteerd op:
 
 
 
 
Kloosterorganisatie
Kloosterorganisatie: Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Sittard)
Orde of congregatie:
Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Sittard)
Alternatieve namen:
Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Sittard); Moeders der Armen
Latijnse naam:
Congrégation de la Divine Providence
Stichter, stichteres:
Guy Homery
Stichtingsjaar:
1822
Land van oorsprong:
Frankrijk
Plaats van oorsprong:
Créhen
Vestiging Nederland:
1903
Doelstelling:
Bejaardenzorg; wijkverpleging; onderwijs
Geschiedenis:
Gesticht in 1822 door Guy Homery. Als pastoor van Créhen stichtte hij in zijn doodarme parochie een weeshuis. De religieuze gemeenschap rondom hem groeide uit tot een congregatie.
Missielanden:
België; Frankrijk
Gebruikte bronnen:
KS, 85; PA 2004
ENK Monasticon nummer:
Z139
Toon op kaart Toon op kaart
 
 
 
 
 
Kloosterorganisatie
Kloosterorganisatie: Ursulinen (van de Romeinse Unie)
Orde of congregatie:
Ursulinen (van de Romeinse Unie)
Alternatieve namen:
Ursulinen; Ursulinen van de Romeinse Unie; Zusters van de Romeinse Unie
Latijnse naam:
Ordo Sanctae Ursulae
Afkorting:
OSU
Stichter, stichteres:
Angela Merici
Stichtingsjaar:
1535
Land van oorsprong:
Italië
Plaats van oorsprong:
Brescia
Vestiging Nederland:
1645; hersticht in 1838 (vanuit het klooster te Tildonk (België))
Vertrek uit Nederland:
1798
Doelstelling:
Onderwijs; opvoeding van meisjes; missiewerk; catechese; parochiewerk
Geschiedenis:
De orde werd in 1838 geherintroduceerd vanuit het klooster in Tildonk (België) dat gesticht werd door J.C.M. Lambertz. Een groot aantal Ursulinenkloosters ging in op het verzoek van Paus Leo XIII om zich aaneen te sluiten: aldus kwam de Romeinse Unie tot stand
Missielanden:
Indonesië (1855); Uganda; Senegal; Zuid-Afrika; Brazilië; Peru; Australië; Thailand; Taiwan
Gebruikte bronnen:
KS, 78; PA 2004; NMM
ENK Monasticon nummer:
Z117
Gevestigd in:
Toon op kaart Toon op kaart
 
 
 
 
 
Kloosterorganisatie
Kloosterorganisatie: Seculiere kanunniken
Orde of congregatie:
Seculiere kanunniken
Stichtingsjaar:
- Einde 18e eeuw
Doelstelling:
Dagelijks onderhouden van het koorgebed; zielzorg in parochies
Geschiedenis:
Seculier kanunniken maakten deel uit van een kapittel, een bestuurscollege dat verbonden was aan een kathedraal of een andere belangrijke kerk, die kapittelkerk of collegiale kerk genoemd werd. Bij het vaststellen tijdens het Concilie van Aken in 816 van de regel van Chrodegang, doorgaans de regel van Aken genoemd, werd ervan uitgegaan dat kanunniken gemeenschappelijk zouden leven. Ze hoefden geen kloostergelofte af te leggen en geen afstand te doen van hun bezittingen. In de 10e eeuw verslapte de toepassing van deze regel. Het communautaire leven werd verlaten. De kanunniken gingen vanaf toen afzonderlijk wonen in huizen, die zich bevonden binnen de claustrale singel of immuniteit van het kapittel, een afgebakend gebied rondom de kapittelkerk, waar slechts het kerkelijk recht van toepassing was. Voorts werden de door het kapittel gemeenschappelijk opgebouwde bezittingen verdeeld in “prebenden”, die werden aangewend om in het levensonderhoud van de individuele kanunniken te voorzien. De kanunniken kwamen dagelijks in de kapittelkerk bijeen voor het koorgebed. Ook waren ze actief in de zielzorg in parochies. Centraal stond evenwel het koorgebed en de liturgie. Een aan een kathedraal verbonden kapittel stond tevens de bisschop bij in zijn bestuurstaken. Mettertijd was een verwerver van een prebende veelal alleen maar kanunnik in naam. Voor de koordiensten liet hij zich vervangen door een priester, die als vicaris optrad. Er waren dan ook nogal wat kanunniken, die alleen de lagere wijdingen of zelfs geen wijding hadden ontvangen. Deze kanunniken konden ook getrouwd zijn. Aan deze toestand werd door het Concilie van Trente een eind gemaakt. In de Noordelijke Nederlanden werden de meeste seculiere kapittels tijdens de reformatie opgeheven of omgevormd tot wereldlijke proosdijen. In de Zuidelijke Nederlanden verdwenen de kapittels pas aan het eind van de 18e eeuw bij de komst van de Franse revolutionaire troepen. Alle bezittingen werden toen door de staat geconfisqueerd
Gebruikte bronnen:
A.Clazing, ‘Papenhofstede’ in “Flehite: historisch jaarboek Amersfoort en omstreken” Volume 2011, zie ook: https://wegwijs033.nl/Papenhofstede.pdf (02-02-2023), p.103-105; “Geschiedenis van het heiligdom St. Gerlach als norbertinessenstift” op website Vrienden van Sint Gerlach
https://vriendenvansintgerlach.nl/images/rechts/2021/Presentatie_StGerlach_Norbertinessenstift.pdf (02-02-2023), p.5
ENK Monasticon nummer:
V019
Gevestigd in:
Toon op kaart Toon op kaart
 
 
 
 
 
Kloosterorganisatie
Kloosterorganisatie: Priesters van het H. Hart van Jezus
Orde of congregatie:
Priesters van het H. Hart van Jezus
Alternatieve namen:
Priesters van het H. Hart van Jezus
Latijnse naam:
Sacerdotes a Sacro Corde; Congregatio Sacerdotum a Sacro Corde
Afkorting:
SCJ
Stichter, stichteres:
Leo Dehon
Stichtingsjaar:
1878
Land van oorsprong:
Frankrijk
Plaats van oorsprong:
St.-Quentin
Vestiging Nederland:
1883; officiële vestiging in 1900
Doelstelling:
Missiewerk; pastoraal werk; onderwijs; sociaal werk; crisishulp
Geschiedenis:
Léon Gustave Dehon werd in 1843 in La Capelle in het Franse Departement du Nord geboren als zoon van welgestelde ouders. Hij studeerde in Parijs en Rome. In 1868 werd hij priester gewijd. Als kapelaan richtte hij in 1877 met toestemming van de bisschop van Soissons in Saint-Quentin het Collège St. Jean op. Vanuit zijn visie, dat het docentencorps van dit college uit priesters zou moeten bestaan die samen een nieuwe congregatie zouden vormen, stichtte Dehon in 1878 in Saint-Quentin de Congregatie van de Priesters van het H. Hart van Jezus. Gedurende zijn verdere leven bleef Dehon zijn congregatie als Generaal Overste besturen. In 1925 stierf hij te Brussel. De leden van de congregatie, die naar de stichter ook wel Dehonianen worden genoemd, wijdden zich aan de verering van het Heilig Hart van Jezus, een in de 19e eeuw zeer populaire devotie, waarvan het aan Jezus’ Hart te geven eerherstel de leidraad vormde. De gedachte daarachter was, dat de zondige mens het Hart van Jezus dusdanig verwond had dat Zijn eer hersteld moest worden. De Dehonianen probeerden dat eerherstel te bereiken door het H. Hart te vereren en door hun eigen lijden als een offer op te dragen aan Jezus, maar ook door het verrichten van liefdewerk die gelovigen dichter tot het H. Hart zouden brengen. Na het Tweede Vaticaanse concilie werd de doelstelling van de congregatie opnieuw verwoord. Het accent kwam toen te liggen op diaconie, pastoraat, onderwijs, crisishulp en opvang van daklozen. Vrij snel breidde de Congregatie zich uit, eerst in Frankrijk, maar spoedig ook daarbuiten. Al in 1883 vestigde zij zich te Watersleyde bij Sittard. De vestiging daar groeide uit tot het Sittardse Missiehuis, dat het moederhuis van de Duitse provincie werd. De bakermat van de bij decreet van het generaal bestuur in 1910 opgerichte Nederlandse provincie is het in 1900 gestichte Juvenaat H. Hart te Bergen op Zoom. In de missie was de congregatie actief in Brazilië, Kongo, Finland, Zweden, Kameroen, Indonesië en Chili
Missielanden:
Brazilië (1893); Congo/Zaïre (1897); Finland (1907); Zweden (1910); Kameroen (1911); Indonesië (1923); Chili
Gebruikte bronnen:
KS, 131-133; PA 2002, 2004; NMM; Encyclopedie van het Katholicisme III (1956) k. k. 488-489; www.relins.be; Willemsen, "Nederlandse missionarissen en hun missiegebieden" (2006)
ENK Monasticon nummer:
P038
Gevestigd in:
meer
Toon op kaart Toon op kaart