Zoeken in collecties

Uw zoekacties: zzOUD Databestand kloosters in Nederland

zzOUD Databestand kloosters in Nederland

beacon
3  zoekresultaten
gesorteerd op:
 
 
 
 
Kloosterorganisatie
Kloosterorganisatie: Montfortanen
Orde of congregatie:
Montfortanen
Alternatieve namen:
Montfortanen; Missionarissen van het Gezelschap van Maria; Gezelschap van Maria; Compagnie de Marie; Paters Montfortanen
Latijnse naam:
Missionarii Societatis Mariae; Societas Mariae Montfortanae
Afkorting:
SMM
Stichter, stichteres:
Louis-Marie Grignion de Montfort
Stichtingsjaar:
1715
Land van oorsprong:
Frankrijk
Vestiging Nederland:
1881
Doelstelling:
Missiewerk; pastoraal werk
Geschiedenis:
Louis Marie Grignion werd in 1673 geboren in Montfort-sur-Meu, een stadje in Bretagne. Later noemde hij zich Louis Marie Grignion de Montfort. In 1684 ging hij studeren aan het Jezuïetencollege te Rennes. In 1692 volgde hij in Parijs aan het seminarie St. Sulpice zijn opleiding als priester. Na in 1700 tot priester gewijd te zijn, ging hij in Poitiers en in Parijs werken in een huis voor armen en verschoppelingen. Hopende op een benoeming als missionaris in Canada reisde hij in 1706 naar Rome. Ofschoon Paus Clemens XI hem wel tot apostolisch missionaris benoemde, werd hij echter naar Frankrijk teruggestuurd. Vanaf dan tot aan zijn dood in 1716 trok Grignion de Montfort als volksmissionaris rond in de streken Vendée, La Rochelle en Bretagne. Hier schreef hij de regels voor het op te richten Gezelschap van Maria, die bekend werd als de Congregatie der Montfortanen. Al tijdens zijn leven stond Grignion de Montfort bekend als een groot Maria vereerder en wordt dan ook wel de Apostel van Maria genoemd. Hij riep priesters op zich aan te sluiten bij zijn Gezelschap van Maria en samen een “compagnie” van Maria te vormen. Hoewel zijn oproep bij slechts een kleine groep van leken en priesters gehoor vond, ontwikkelde zich uit deze groep in 1722 het Gezelschap van Maria. In 1821 volgde een reorganisatie en vanaf 1855 werden montfortanen, zoals de zich bij het Gezelschap van Maria aangesloten leden doorgaans genoemd worden, opgeleid voor missiewerk buiten Frankrijk. Het antiklerikale beleid van de Franse minister en premier Émile Combes ontvluchtend, vestigde de Congregatie der Montfortanen, waarvan missiewerk -in binnen- en buitenlandse missies- en pastoraal werk tot haar doelstellingen behoort, zich in 1881 vanuit Frankrijk in Nederland. Haar eerste vestiging was in Huize Willems in Schimmert, waar de congregatie in 1884 overging tot de bouw van de Apostolische School Sainte Marie. Toen in 1909 sprake was van een Nederlandse provincie werd ook het provincialaat daar gevestigd
Missielanden:
Denemarken (1901); Mozambique (1910); Malawi (1924); Colombia (1924); IJsland (1929); Congo (1933); Indonesië (1948); Haïti
Gebruikte bronnen:
J. Willemsen, “Nederlandse missionarissen en hun missiegebieden” (KDC, Nijmegen 2006), zie ook:
https://docplayer.nl/4804632-Nederlandse-missionarissen-hun-missiegebieden.html (07-02-2022); J.P.A. van Vugt: Kloosters op schrift (vijfde bewerkte uitgave, Nijmegen 2015), p. 157;W. Nolet: Katholiek Nederland, Deel II ('s-Gravenhage 1932), p. 233-238; J. Smits, Vademecum van religieuzen en hun kloosters in Noord-Brabant (Alphen aan de Maas, 2010), p. 135
ENK Monasticon nummer:
P032
Toon op kaart Toon op kaart
 
 
 
 
 
Kloosterorganisatie
Kloosterorganisatie: Kapucijnen
Orde of congregatie:
Kapucijnen
Alternatieve namen:
Minderbroeders Capucijnen; Capucijnen
Latijnse naam:
Ordo Fratrum Minorum Cappucinorum
Afkorting:
OFMCap; OMCap
Stichter, stichteres:
Ludovicus de Fossombrone
Stichtingsjaar:
1528
Land van oorsprong:
Italië
Vestiging Nederland:
1585
Doelstelling:
Apostolaat in brede zin
Geschiedenis:
In het eerste kwart van de 16e eeuw, toen er sprake was van twee franciscaanse hoofdstromen, de minderbroeders-conventuelen en de minderbroeders-observanten, ontstond er in de Marken, een in Midden-Italië gelegen bergachtige streek, een hervormingsbeweging gericht op terugkeer naar een strikte observantie van de Regel van Franciscus en naar een leven van inkeer en boetvaardigheid zoals Franciscus dat met zijn eerste volgelingen geleid had. Aan de nieuwe gemeenschap, die daaruit ontstond, verleende Paus Clemens VII in 1528 via de bul Religionis Zelus zijn toestemming. De constituties van deze, onder toezicht van de orde der minderbroeders-conventuelen geplaatste nieuwe franciscaanse groepering schreef onder meer haar leden voor om een ruige baard te dragen, blootsvoets of hoogstens op simpele sandalen te lopen en gekleed te gaan in een grauwe bruine pij met spitse kap. Naar die kap, in het Italiaans cappuccio, werden ze kapucijnen genoemd. Aanvankelijk combineerden de kapucijnen een heremietenbestaan met prediking onder het volk. Later werden ze gegroepeerd in kleine communiteiten, terwijl daarna kloosters ontstonden die veelal aan de rand van de steden gebouwd werden. In 1574 verleende paus Gregorius XIII hen toestemming om zich ook buiten Italië te vestigen, terwijl paus Paulus V hen in 1619 autonomie verleende waardoor ze niet langer meer onder het toezicht van de orde der minderbroeders-conventuelen vielen. Daarmee was de stichting van de orde der Minderbroeders Kapucijnen een feit, die zich een beschouwend en werkend leven ten doel stelde waarbij dit laatste niet enkel gestalte kreeg in het preken in kerken en op pleinen, maar ook in het zich inzetten voor activiteiten op het terrein van het maatschappelijk dienstbetoon. De eerste kapucijnen kwamen in 1585 naar de Nederlanden. Omstreeks 1800, tijdens de Franse Tijd, waren bijna alle kloosters gesloten. Alleen in Velp bleef het kapucijnenklooster bestaan. Van daaruit werd in de 19e eeuw een nieuwe start gemaakt
Missielanden:
Indonesië (1905); Chili (1950); Tanzania (1959); India
Gebruikte bronnen:
J. Willemsen, “Nederlandse missionarissen en hun missiegebieden” (KDC, Nijmegen 2006, zie ook: https://docplayer.nl/4804632-Nederlandse-missionarissen-hun-missiegebieden.html (12-06-2020); J.P.A. van Vugt: Kloosters op schrift (tweede bewerkte uitgave, Nijmegen 2003), zie ook: https://repository.ubn.ru.nl/bitstream/handle/2066/134988/134988.pdf?sequence=1 (12-06-2020), p. 148; W. Nolet: Katholiek Nederland, Deel I (‘s-Gravenhage 1930), p. 223; J. Jacobs, “In de schaduw van Franciscus. De Nederlandse Minderbroeders-Kapucijnen” (Nijmegen 2016), p. 12-16; J. Jacobs, ‘”Om den Godtsdienst te vorderen”. De bijdrage van de minderbroeders-kapucijnen aan de katholieke herleving in Stad en Lande van Breda (1625-1797)’in “Jaarboek de Oranjeboom”, 65 (2012), p. 265-268; J. Smits, “Vademecum van religieuzen en hun kloosters in Noord-Brabant” (Alphen aan de Maas 2010), p.126/127; R. Wols, ‘De Kapucijnen OFMCAP’ op wWebsite Brabans Historisch Informatie Centrum (BHIC), https://www.bhic.nl/ontdekken/verhalen/de-kapucijnen-ofmcap (13-06-2021)
ENK Monasticon nummer:
P023
Gevestigd in:
Toon op kaart Toon op kaart
 
 
 
 
 
Kloosterorganisatie
Kloosterorganisatie: Dominicanessen van de H. Catharina van Siëna
Orde of congregatie:
Dominicanessen van de H. Catharina van Siëna
Alternatieve namen:
Dominicanessen van Voorschoten; Dominicanessen van de H. Catharina van Siëna
Latijnse naam:
Ordo Praedicatorum; Congregatio Tertii Ordinis S.P. Dominici sub patrocinio S. Catharinae Senenis
Afkorting:
OP; OSD
Stichter, stichteres:
Catherina Pinkers
Stichtingsjaar:
1841
Land van oorsprong:
Nederland
Plaats van oorsprong:
Rotterdam
Geschiedenis:
Gesticht op 24 mei 1841 door zuster Catherina Pinkers te Rotterdam. In de loop der jaren werden kloosters gesticht in verscheidene plaatsen in Nederland en op de Nederlandse Antillen
Missielanden:
Nederlandse Antillen (1890)
Gebruikte bronnen:
NMM; KS; PA 2002; Uitgave t.g.v. de herdenking van het honderdjarig bestaan
ENK Monasticon nummer:
Z040
Gevestigd in:
meer
Toon op kaart Toon op kaart