Zoeken in collecties

Uw zoekacties: zzOUD Databestand kloosters in Nederland

zzOUD Databestand kloosters in Nederland

beacon
3  zoekresultaten
gesorteerd op:
 
 
 
 
Kloosterorganisatie
Kloosterorganisatie: Zusters van het H. Hart
Orde of congregatie:
Zusters van het H. Hart
Alternatieve namen:
Zusters van het H. Hart van Jezus; Zusters van het H. Hart; Zusters van het Allerheiligste Hart van Jezus; Zusters van Moerdijk; Servantes du Coeur de Jésus; Congregatie der Zusters van het H. Hart van Jesus, Veldhoven
Latijnse naam:
Sorores Sanctissimi Cordis Jesu; Congregatio Sororum Sacris Cordis Jesu
Afkorting:
SSCJ
Stichter, stichteres:
Huberdina Merkelbach, pastoor P.J. van Gennip
Stichtingsjaar:
1886
Land van oorsprong:
Nederland
Plaats van oorsprong:
Moerdijk
Doelstelling:
Onderwijs; gezondheidszorg; bejaardenzorg; huishoudelijk werk; missiewerk
Geschiedenis:
Tot 1915 waren de zusters alleen werkzaam in het onderwijs, o.a. in scholen en een internaat te Moerdijk. Vanaf 1915 waren ze ook werkzaam in de gezondheidszorg. Een grote uitbreiding vond plaats in de periode 1925-1937
Rechtspersonen:
Rechtspersoon: Vereniging der Zusters van het Allerheiligst Hart van Jesus
Missielanden:
Finland (1922); Indonesië (1927); Brazilië; Nieuw-Zeeland; Congo
Gebruikte bronnen:
KS; PA 1970, 2004; NMM
ENK Monasticon nummer:
Z142
Toon op kaart Toon op kaart
 
 
 
 
 
Kloosterorganisatie
Kloosterorganisatie: Zusters van het Gemene Leven
Orde of congregatie:
Zusters van het Gemene Leven
Alternatieve namen:
Broerders/Zusters van het Gemene Leven
Stichter, stichteres:
Florens Radewijns
Stichtingsjaar:
1380 - ca. 1800
Land van oorsprong:
Nederland
Plaats van oorsprong:
Deventer
Doelstelling:
Contemplatie; onderwijs; exploitatie convicten; boek productie
Geschiedenis:
De geschiedenis van de broeders en zusters van het gemene leven maakt deel uit van de geschiedenis van de Moderne Devotie, waarvan Geert Grote als geestelijke vader wordt beschouwd, en die ontstond als geestelijk réveil tegen de verloedering van het leven van de clerus en de verruwing van de volkse zeden. Zonder formele kloostergeloften af te leggen, gingen de broeders en zusters van het gemene leven de verplichting aan tot een gemeenschappelijk leven, overeenkomstig de door de Moderne Devotie voorgestane idealen van de vroege christelijke kerk. Hun goederen schonken ze aan elkaar. Op de aldus ingebrachte goederen konden zij zelf, maar ook hun erfgenamen geen recht meer doen gelden. Hun eerste gemeenschap, het Heer Florenshuis in Deventer, werd rond 1380 opgericht door Florens Radewijns, een medestander van Geert Grote. Van kerkelijke zijde werd de druk steeds groter om voornoemde, op alleen wettelijk recht gestoelde samenlevingsvorm, hoewel goedgekeurd door zowel de bisschop van Utrecht als het concilie van Konstanz, in te voegen in een kerkrechtelijk goedgekeurde vorm van gemeenschappelijk leven. Veel gemeenschappen van broeders en zusters van het gemene leven namen óf de regel van Augustinus óf de derde regel van Franciscus aan. Aldus ontstonden er binnen de Moderne Devotie drie takken: broeders en zusters van het gemene leven die geen geloften aflegden, tertianen en tertiarissen die de derde regel van Franciscus volgden en verenigd waren in het Kapittel van Utrecht en regulieren en regularissen die volgens de regel van Augustinus leefden en in het Kapittel van Windesheim georganiseerd waren. In 1568 werden door paus Pius V gemeenschappen, waarvan de leden geen kloostergeloften hadden afgelegd, verplicht een kloosterregel aan te nemen. Werd daaraan geen gevolg gegeven dan werd de gemeenschap ontbonden. In Nederland viel dit grotendeels samen met de invloed van de hervorming, waardoor aan de meeste huizen van broeders en zusters van het gemene leven een einde kwam
Gebruikte bronnen:
Aanvankelijk tekst in DOC-MON Kloosters in Nederland moderne periode, gebaseerd op de volgende bronnen: A.G. Weiler (ed.), "Volgens de norm van de vroege Kerk. De geschiedenis van de huizen van de broeders van het Gemene leven in Nederland" (Nijmegen 1997); J. Kuys, "Kerkelijke organisatie in het middeleeuwse bisdom Utrecht" (Nijmegen 2004) 270-271 (lit.): bul PA V 1568; A.G. Weiler, “Volgens de norm van de vroege kerk: De geschiedenis van de huizen van de broeders van het Gemene Leven in Nederland” (Nijmegen 1997), p.XIV/A.G. Weiler, “Volgens de norm van de vroege kerk: De geschiedenis van de huizen van de broeders van het Gemene Leven in Nederland” (Nijmegen 1997), p.XIV/XVI/XVIII/XIX/XX/XXI/XXII; J. van Eijnatten en F.A. van Lieburg, “Nederlandse religiegeschiedenis” (Hilversum 2006), p.121-124; A. Dlabacová, K. Goudriaan en R. Hofman, ‘Wat is de Moderne Devotie?, in “De Moderne Devotie. Spiritualiteit en cultuur vanaf de late Middeleeuwen” (WBOOKS Zwolle, 2018), p.12
ENK Monasticon nummer:
Z135
Toon op kaart Toon op kaart
 
 
 
 
 
Kloosterorganisatie
Kloosterorganisatie: Clarissen
Orde of congregatie:
Clarissen
Alternatieve namen:
Zusters van de Tweede Orde van Sint Franciscus; Clarissen; Arme Clarissen; Clarissen-Urbanisten
Latijnse naam:
Ordo Sanctae Clarae
Afkorting:
OSC
Stichter, stichteres:
Clara van Assisi
Stichtingsjaar:
1212
Land van oorsprong:
Italië
Plaats van oorsprong:
San Damiano
Vestiging Nederland:
1359; herintroductie in 1720
Doelstelling:
Contemplatie
Geschiedenis:
Gesticht in 1212 in het klooster van San Damiano. De orde breidde zich al snel uit over Europa en werd in 1253 door Paus Innocentius IV goedgekeurd. Tijdens de Reformatie en de Tachtigjarig Oorlog werden de zusters verdreven. In 1720 gaf de Graaf van Megen de zusters in Hoogstraten (België) toestemming in Megen een nieuw klooster te bouwen. De zusters Clarissen-Capucinessen vormen afzonderlijke federaties; zij leven volgens de zelfde regel, maar hebben de constituties verschillend aangepast
Missielanden:
Indonesië (1934)
Gebruikte bronnen:
KS, 26; PA 2004
ENK Monasticon nummer:
Z019
Toon op kaart Toon op kaart