Zoeken in collecties

Uw zoekacties: Voorwerpencollectie

Voorwerpencollectie

Als u op een afbeelding klikt, vind u meer informatie over het voorwerp. U kunt zoeken door: 

 

  • Het intypen van een woord in het zoekveld. U vindt dan resultaten als het woord letterlijk in de catalogus voorkomt.
  • Met behulp van de selectiefilters die onder het zoekveld staan (kloosterorganisatie, trefwoord).

 

 
 

Handig om te weten: als u beschrijvingen wilt zien in plaats van afbeeldingen, klik dan bij 'weergave' op: Tabelweergave. 

 

beacon
86  voorwerpen
gesorteerd op:
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-P017-Ag0024 Beeld Agatha
Toelichting:
De heilige Agatha draagt een tot onder de borst reikend grijs kleed, waarover een rose mantel is gedrapeerd. Ze heeft lang, tot de schouders vallend haar, waarin een blauw snoer is gevlochten en een diadeem is gestoken. Zij houdt in de rechterhand een palmtak, teken van haar martelaarschap. De linkerborst is afgesneden, de rechterborst zit nog slechts gedeeltelijk aan het lichaam. Aan haar rechterzijde staat een engel met een schaal in beide handen. Deze engel is is veelvuldig naast de heilige Agatha uitgebeeld en behoort tot de iconografie van deze heilige. Op de schaal liggen dan haar borsten. Op de plek van het klooster wordt deze heilige, patroonheilige van het klooster en het dorp, reeds vanaf de dertiende eeuw vereerd
Datering:
ca. 1750
Deelcollectie:
Kruisheren
Vervaardiger:
Walter Pompe
Materiaal/techniek:
Hout, gepolychromeerd
Lengte in cm:
52
Breedte in cm:
25
Hoogte in cm:
144
Opmerkingen:
In 1858 opnieuw beschilderd door C. Grips (dossier Elsen). Uit bewaard gebleven brieven, d.d. 1 en 15 juni 1948, blijkt dat het beeld, evenals de lutrijn (inv.nr. Ag/0004) en het Mariabeeld (inv.nr. Ag/0029), ten behoeve van restauratiewerkzaamheden naar het atelier van fa. P. Verbraak te Tilburg zijn gebracht. De sculpturen zouden er volgens Jhr. C.O.M. van Nispen tot Sevenaer ondeskundig door een meubelmaker zijn behandeld. Gerhard Janssen, kunstschilder te Den Haag, die de genoemde sculpturen destijds te Tilburg heeft bezichtigd, gaf adviezen t.a.v. de beschildering ervan. M. Pietersen, beeldhouwer te Den Haag, heeft blijkbaar alsnog de restauratie van het houtwerk uitgevoerd. In 1959 tegen houtworm behandeld in het atelier van Koos van der Horst Jr. te Delft. Deze heeft het opnieuw gepolychromeerd, advies werd ingewonnen bij de heer Bolten, destijds directeur van Museum Prinsenhof te Delft. Walter Pompe (Lith 1703 - Antwerpen 1777) vertrok reeds op jeugdige leeftijd naar Antwerpen, waar hij in de leer ging bij Michiel van der Voort. In 1730 werd hij daar als meester opgenomen in het Sint Lucasgilde. Tijdens zijn leven was met name zijn kleinkunst, zowel profaan als religieus van karakter, uitgevoerd in ivoor, palmhout en terracotta populair bij veel particulieren. Voor de kerken vervaardigde hij vrijstaande beelden, preekstoelen, koorgestoelten en ander kerkmeubilair. Voorts ontwierp hij diverse altaren welke in zijn atelier werden uitgevoerd. Beelden van zijn hand bevinden zich in de kerken te Lith, Knegsel en Oirschot (Petrus Banden, kapel O.L. Vrouw ter Eik). Volgens overlevering zou vroeger de linkerborst van Agatha op de schotel hebben gelegen. De zeer bloedige wijze waarop de heilige is uitgebeeld, kan met uitzondering van de reliëfs van de voormalige 1694 gedateerde preekstoel uit de St. Agathakerk te Boekel, voor de beeldhouwkunst als uniek in noordoost Noord-Brabant worden beschouwd (Cat.tent. Uden 1987, p.127). Meer informatie in inventarisrapport
Documentatie:
Literatuur: "Inventarisatie-rapport Klooster St. Agatha", Stichting Kerkelijk Kunstbezit in Nederland (SKKN), 1996, 2 delen: tekst en foto's, inv. nr. 24; "Dossier Elsen", aantekeningen van Th. van den Elsen osc (1916-1994), St. Agatha; L.C.B.M. van Liebergen red., “Modeste Barok, Beeldwerk in Brabant in de zeventiende en achttiende eeuw”, tentoonstellingscatalogus Uden 1994, Museum voor Religieuze Kunst (Uden 1994), p. 14, 16, p. 97, cat. nr. 45, afb. 78 (ca. 1749), p. 22-25 (Walter Pompe); ; "Walter Pompe beeldhouwer 1703-1777", tentoonstellingscatalogus Museum voor Religieuze Kunst, (Uden 1979); L.C.B.M. van Liebergen red, “'waer een paradis". Kloosterleven in Brabant na de Reformatie”, tentoonstellingscatalogus Uden 1987, Museum voor Religieuze Kunst (Uden 1987), p. 127, cat. nr. 3, afb.128b, 128a (Interieurtekening J. van Boldrik); C.R. Hermans, “Annales canonicorum regularium S. Augustini, Ordinis S. Crucis”, Deel I-III (Silvae-ducis 1858), deel I (2), prent t.o.p 154, p. 208, nr. 7 (beeld), p. 207, nr. 2 (votiefgaven)
Trefwoorden:
Organisatietrefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-P017-Ag0025 Beeld Andreas
Toelichting:
Andreas in contraposthouding, vóór zich het kruis, het hoofd driekwart naar rechts gewend, de blik opwaarts gericht. Hij is gekleed in een gegord gewaad, waarover een mantel die aan de voorzijde is gesloten. De figuur is geplaatst op een console, bestaande uit twee spiraalvormig ingesneden voluten, waartussen een hartvormig ornament. Andreas behoort tot de zogeheten kruisdragers, de heiligen die, net als Jezus, aan het kruis de marteldood stierven
Datering:
1857
Deelcollectie:
Kruisheren
Materiaal/techniek:
Eikenhout
Hoogte in cm:
37,5
Diepte in cm:
Console 10,5 x 15 x 9
Opmerkingen:
De console zou een onderdeel zijn van de voormalige koorbanken (dossier Elsen)
Documentatie:
Literatuur: "Inventarisatie-rapport Klooster St. Agatha", Stichting Kerkelijk Kunstbezit in Nederland (SKKN), 1996, 2 delen: tekst en foto's, inv. nr. 25; “Oude Kunst in Brabants bezit”, tentoonstellingscatalogus Tilburg 1948, Paleisraadhuis (Jubileum-Tentoonstelling 1898-1948) (Tilburg 1948), p. 26, cat. nr. 94 (ca. 1750); “Voorloopige lijst der Nederlandsche Monumenten van Geschiedenis en Kunst”, De Provincie Noordbrabant, Deel X ('s-Gravenhage 1931), p. 231-233, p. 232 (XVIIIA)
Trefwoorden:
Organisatietrefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-P017-Ag0021 Beeld Antonius Abt
Toelichting:
De heilige is gekleed in een omgord gewaad waarover een mantel met hangende capuce en opstaande kap. Het is het habijt van de naar hem genoemde middeleeuwse orde der antonieten. Op het hoofd draagt hij een hoge muts met knop, aan de gordel een gebedssnoer. De heilige vertrapt de op de grond liggende draak en steunt op zijn taustaf die in de bek van het dier steekt. Vlammen rondom de zoom van Antonius' kleed lijken uit deze duivel op te wakkeren. Links van van de heilige staat een naar hem opziend varken met een bel om de nek. Het expressieve gezicht van Antonius, de weelderige haartooi de soepele plooival en de schollenbodem zijn de typische kenmerken van de befaamde Nederrijnse beeldhouwer Heinrich Douwermann (ca. 1480 - 1543/44). De heilige Antonius Abt werd zeer vereerd in de middeleeuwen. Hij werd aangeroepen tegen de pest en tegen het Antoniusvuur. Deze laatste ziekte ging gepaard met hoge koorts, verbeeld door de vlammen. Als veroorzaker van de ziekte beschouwde men uiteraard de duivel, hier in de gestalte van de draak. De antonieten verzorgden zieken in hospitalen. De varkens die zij hielden, liepen vrij rond, waren herkenbaar aan de bel om hun nek en werden door het volk gevoederd. Op Antoniusdag werden ze geslacht waarna het vlees diende als een van de bronnen van inkomsten van de antonieten. Deze varkens stonden onder de bijzondere bescherming van de heilige, wat tot uitdrukking komt door de slip van Antonius' mantel over de rug van het beest. De taustaf en het belletje van het varken zijn de kenmerken van de antonieten. De Orde der kruisheren kende een speciale verering voor Antonius sinds bij besluit van het generaal kapittel van 1505 het feest van Anthonius Abbas als duplex werd ingeschreven, de op een na hoogste rang van een ordefeest De kapellen van de kruisherenkloosters Marienfriede in Dingden en dat in Brandenburg waren aan hem toegewijd
Datering:
na 1521
Deelcollectie:
Kruisheren
Vervaardiger:
Heinrich Douvermann
Materiaal/techniek:
Eikenhout
Hoogte in cm:
70,5
Opmerkingen:
Antonius Abt was de patroonheilige van het kruisherenklooster Marienfriede (1444-1806), dat lag op de weg naar Xanten. Het was het rijkste klooster van de orde in 1640 (kapittel)
Documentatie:
Literatuur: M. Beilmann-Schöner, Mieke M. van Zanten e.a., "In Cruce Salus. 800 Jahre Klosterleben. Das Kulturerbe der Kreuzherren in Westeuropa", tentoonstellingscatalogus Bentlage 2010 (NL/D), p. 323; "Gegen den Strom. Meisterwerke niederrheinischer Skulptur in Zeiten der Reformmation 1500-1550", tentoonstelingscatalogus Aachen, Suermondt-Ludwig-Museum (Aken 1996), p. 310-312, cat. nr. 56;"Inventarisatie-rapport Klooster St. Agatha", Stichting Kerkelijk Kunstbezit in Nederland (SKKN), 2 delen: tekst en foto's, inv. nr. 21; "Antonius 'De kleine en de grote'", tentoonstellingscatalogus Uden, Museum voor Religieuze Kunst (Uden 1995), p. 109, cat. nr. 83, afb. 111, 112 (details) (gedateerd ca.1520); “Mysterium Crucis. De betekenis van het kruis in het christendom”, tentoonstellingscatalogus Ter Apel 1993, Museum Klooster Ter Apel (Winschoten z.j.) (1993), p. 57; L.C.B.M. van Liebergen red, “'waer een paradis". Kloosterleven in Brabant na de Reformatie”, Cat. tent. Ter Apel 1991, p. 6 (afb.), p. 31; J. van Laarhoven, “Kloosters in Brabant”, tentoonstellingscatalogus ’s-Hertogenbosch 1977, Noordbrabants Museum ( 's-Hertogenbosch 1977, p. 28, cat. nr. 2; , cat. nr. 24; “Uit Brabant's kerkelijke verzamelingen", tentoonstellingscatalogus ’s-Hertogenbosch 1963, Centraal Noord-Brabants Museum, ( 's-Hertogenbosch 1963), p. 13, 14; "Middeleeuwse Kunst der Noordelijke Nederlanden", tentoonstellingscatalogus Amsterdam, Rijksmuseum (Amsterdam 1958), p 222; J.J.M. Timmers, "Houten Beelden. De houtsculptuur in de Noordelijke Nederlanden tijdens de late middeleeuwen", Amsterdam 1949, (De Schoonheid van ons Land, Band 5), p. 31; D. Bouvy, "Middeleeuwse Beeldhouwkunst in de Noordelijke Nederlanden" (Amsterdam 1947), p. 128-129, afb. 142; J.A.O. Kalf, “Catalogus der Nationale Tentoonstelling van oude Kerkelijke Kunst te ’s Hertogenbosch juni - september 1913” ('s-Hertogenbosch 1913), p. 85; L. Emond osc in het Liber Memorialis van het klooster, dl. 3, p. 48. Meer literatuur: SKKN
Trefwoorden:
Organisatietrefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-P017-Ag0026 Beeld Augustinus
Toelichting:
Augustinus in contraposthouding, de rechterhand, waarin oorspronkelijk een hart, naar voren gestrekt, in de opgeheven linkerhand een staf. Hij draagt een mijter en is gekleed in een gegord gewaad, waarover een zwierige mantel, die met een grote gesp aan de voorzijde is gesloten. Staf en hart zijn na 1996 opnieuw vervaardigd. Staf is daarna in de rechterhand geplaatst en het hart in de linker. De werken van deze kerkvader nemen in de geloofsbeleving van de kruisheren een bijzondere plaats in
Datering:
ca. 1800
Deelcollectie:
Kruisheren
Materiaal/techniek:
Lindenhout
Hoogte in cm:
97
Diepte in cm:
Voetstuk: 32,5 x 25,5
Opmerkingen:
Afkomstig van het Augustinusaltaar op het nachtkoor. Het beeld stond ca.1920 op de zolder van het pesthuisje (dossier Elsen). Volgens pater J. Coenen osc echter, is het beeld afkomstig van het oude hoogaltaar in de voormalige, uit 1695 daterende, Kruisherenkapel te Uden. Op foto's van dit altaar is geen beeld van Augustinus waar te nemen. Wel bevond zich op een van de beide zijaltaren uit die kapel een Augustinusbeeld. Dit beeld is, blijkens een oude foto (in bezit van pater A. van den Elsen te Uden), niet identiek aan het hier beschreven exemplaar. Het beeld vormde een pendant van het beeld van Quiriacus, dat zich op het andere zijaltaar bevond. Het beeld van Augustinus is verloren geraakt, dat van Quiriacus bevindt zich momenteel in het klooster te Uden
Documentatie:
Literatuur: "Inventarisatie-rapport Klooster St. Agatha", Stichting Kerkelijk Kunstbezit in Nederland (SKKN), 1996, 2 delen: tekst en foto's, inv. nr. 26
Trefwoorden:
Organisatietrefwoorden:
Bestanden Bestanden